Neem even contact met ons op. Samen beslissen we of de afspraak door kan gaan.
Ga jij binnenkort met jouw kind naar het CJG, ziekenhuis of de huisarts? Als je af en toe ‘doktertje’ speelt is dat wat minder spannend en eng. In onderstaande video laten wij zien hoe jij dit kunt doen.
De medewerkers van het Centrum Jeugd & Gezin proberen je goed te helpen. Ben je tevreden over de zorg en hulp? Dat horen we graag! Kom met ons in contact. Zie je dingen die beter kunnen? Ook dat horen we graag. Zo weten we waar we aan kunnen werken. Bekijk hier hoe je dit kan laten weten.
Wij adviseren je om de huisarts te bellen als jouw kind:
nog geen 3 maanden oud is en koorts heeft (38 graden of hoger);
ouder is dan 3 maanden en de koorts 2 of 3 dagen boven de 39 graden is;
een beetje suf is;
slecht of niet krachtig drinkt. Baby’s drogen snel uit, dus houd dat goed in de gaten;
snel stijgende koorts heeft die niet wil zakken;
ziek is en kreunende geluidjes maakt. Let op: dat is echt een alarmsignaal. Bel jouw huisarts dan meteen.
Vaccinaties
Ja. De jeugdarts of jeugdverpleegkundige vertelt jou over het vaccinatieprogramma. Natuurlijk mag je ook vragen stellen. Als je alles weet wat je wilt weten, dan kan je toestemming geven voor vaccinatie(s).
Jouw beslissing leggen we vast in het Kinddossier.
Wil je praten over jouw twijfels? Dat kan met een van onze jeugdartsen. Maak hiervoor een afspraak.
Omdat wij veel vragen krijgen over deze inenting, hebben we de meest gestelde vragen in een overzicht gezet. Staat jouw vraag er niet tussen? Bel dan met het klantcontactcentrum.
Nee, de ziekten waartegen kinderen in Nederland ingeënt worden, zijn niet onschuldig. Ze kunnen grote problemen veroorzaken. Doordat heel veel mensen in Nederland ingeënt zijn, komen de ziekten weinig voor. Om dat zo te houden is het belangrijk dat kinderen ingeënt worden.
Ja, dat kan. De kans daarop is alleen veel kleiner. Ook worden ingeënte kinderen veel minder ernstig ziek dan als zij niet ingeënt zijn. Sommige vaccinaties zorgen voor een levenslange bescherming tegen een ziekte. Bij andere vaccinaties is dit niet zo. Daarom moeten mensen op latere leeftijd ook nog ingeënt worden wanneer zij een bepaald land bezoeken. De GGD beoordeelt dan welke vaccinaties nodig zijn.
Nee, er is uitgebreid onderzoek naar het vaccinatieschema gedaan. En de stoffen die worden gebruikt, zijn zorgvuldig getest. Door onderzoeken uit Nederland en het buitenland weten we dat de vaccins veilig zijn. Er is daarom geen medische reden om bij een gezond kind van het schema af te wijken. Later vaccineren brengt risico’s met zich mee. Het kind zelf is dan langer onbeschermd en de groepsbescherming wordt minder.
Soms is het toch nodig om het prikmoment te verplaatsen. Bijvoorbeeld omdat het kind ziek is. Of vanwege praktische redenen. Bespreek dit met de jeugdarts bij het CJG. Zij kijkt wat het beste is voor jou en je kind.
Nee, de stoffen in de prik zijn goed getest en zijn niet gevaarlijk voor kinderen.
Vaccins zorgen ervoor dat jouw lichaam weerstand opbouwt tegen de bacteriën of virussen waarvoor het vaccin is gemaakt. Zo zet het het afweersysteem in jouw lichaam aan het werk.
Sommige vaccins veroorzaken, expres, een lichte infectie. Ze zorgen zo voor een heel goede afweerreactie van ons lichaam, die lange bescherming oplevert.
Ja, jouw kind kan al die vaccinaties prima aan. Ook bij kleine kinderen is dat geen probleem. Omdat we de vaccins combineren krijgt jouw kind ook minder prikken.
Ja, dat kan. Bijwerkingen die het meeste voorkomen, zijn:
koorts
vermoeidheid
een pijnlijke plek op de huid waar de prik is gegeven
Kleine kinderen kunnen hangerig worden en langer huilen. Bijwerkingen zijn onschuldig en gaan bijna altijd binnen een paar dagen over. Wordt jouw kind toch erg ziek? Neem dan contact op met de huisarts.
Gezondheid & opvoeding
Tot 6 maanden heeft een baby geen vast voedsel nodig. Denk je dat jouw kind wel toe is aan hapjes voor het 6 maanden oud is? Bijvoorbeeld omdat het geïnteresseerd is in eten, of omdat het smakkende geluidjes maakt? Dan kan je vanaf de leeftijd van 4 maanden met oefenhapjes beginnen.
De eerste hapjes vervangen de borst- of flesvoeding niet. Melkvoeding blijft het belangrijkste voor jouw baby. Een goed moment om met een nieuw hapje te beginnen, is direct na de borst- of flesvoeding of tussen 2 voedingen door. Jouw baby is dan tevreden en heeft geen honger meer. Start met 1 smaakje. Herhaal deze smaak totdat jouw baby hieraan gewend is. Start daarna met een nieuwe smaak. Als oefenhapje kan je beginnen met een groente- of fruithapje of een stuk zacht fruit. Pap of brood zonder korst kan ook. Als je een lepel gebruikt, leg dit dan in de mond van jouw kind en laat het zelf het eten eraf slurpen. Daarna kan je de lepel iets verder in de mond doen. Zo leert jouw kind echt te happen.
Kinderen zijn vaak druk en snel afgeleid of ongeconcentreerd. Om te bekijken of jouw kind ADHD heeft, stelt de jeugdarts aanvullende vragen. Ook onderzoekt de jeugdarts jouw kind. Heel vaak blijkt dat een kind weliswaar geregeld druk is, maar ook rustig kan spelen en zich op een taakje kan concentreren.
Vrijwel altijd kunnen we je geruststellen en wat adviezen geven. Het belangrijkste is dat je weet hoe het gedrag van jouw kind in de hand te houden is. Bijvoorbeeld door een duidelijke structuur aan te bieden, meer dan bij andere kinderen misschien nodig is. En verder is het belangrijk dat kinderen niet altijd maar ‘nee’ horen. Ze moeten ook bevestigd krijgen wat ze goed doen en goed kunnen.
Kinderen houden van heldere kleuren en bewegende beelden. Niet gek dat zij geïnteresseerd zijn in jouw tablet, smartphone of de televisie. Dat is ook niet erg. Maar waar doe je goed aan?
Baby’s
Baby’s ontwikkelen zich door het contact met hun ouders en hun omgeving. Het is beter om hierbij geen televisie, telefoon of tablet te gebruiken.
1-2 jaar
Er is nog niet zoveel bekend over de effecten van het gebruik van media op jonge kinderen. We gaan ervan uit dat dit geen kwaad kan. Jonge kinderen hebben echt genoeg aan 5 minuutjes op de computer, tablet of smartphone. Ze genieten er het meeste van als je dit samen doet.
Vanaf 2 jaar
Vanaf 2 jaar kan jouw kind leren van de programma’s als je dit samen doet. Een app wordt leerzaam omdat je praat over wat je ziet en doet. Zonder begeleiding leren kinderen niet veel van deze media.
Als jouw kind 6 à 7 maanden is kan het onderscheid maken tussen bekende en onbekende mensen. Het is een mijlpaal in de ontwikkeling, maar kan er ook voor zorgen dat het kind eenkennig wordt. Bedenk dat dit een fase is. Na een tijdje gaat het over.
Je kan jouw kind leren hiermee om te gaan door spelletjes te spelen. Kiekeboe spelen voor de spiegel bijvoorbeeld. Maar ook verstopspelletjes zijn leerzaam. Eerst verstop je je achter een knuffellapje. Als jouw kind dit leuk vindt, breid je dit langzaam uit. Door bijvoorbeeld naar de keuken te lopen terwijl je tegen jouw kind praat. Hij of zij ziet je niet, maar leert dat jij er nog bent omdat hij je wel hoort.
Een koortsstuip lijkt op een epileptische aanval. Het kind verliest het bewustzijn en reageert niet meer als je hem of haar aanspreekt of aanraakt. Het kind gaat zich eerst strekken en begint daarna te schokken met armen en benen. Soms krijgt het kind ook schokjes in het gezicht. Meestal wordt het kind eerst rood en vervolgens blauw. Ook kan de ademhaling veranderen: het kind kan bijvoorbeeld even stoppen met ademen, of heel oppervlakkig ademen.
Een aanval duurt meestal een paar minuten, maximaal een kwartier. Daarna komt het kind weer bij. Vaak is een kind wel suf en valt het in slaap.
Wanneer ontstaat een koortsstuip?
Koortsstuipen komen voor bij kinderen tussen de 6 maanden en 5 jaar. Meestal ontstaat een koortsstuip als de temperatuur net aan het stijgen is. Kinderen die al hoge koorts hebben, krijgen meestal geen koortsstuip. De oorzaak van de koortsstuip is niet bekend.
Wat moet ik doen tijdens een koortsstuip?
Als ouder schrik je ontzettend wanneer jouw kind een koortsstuip heeft. Probeer rustig te blijven en praat eventueel op geruststellende toon tegen jouw kind als je je hier goed bij voelt. Het is niet handig om jouw kind vast te pakken, omdat het kind dan meer weerstand krijgt bij de stuiptrekkingen.
Als je denkt dat jouw kind een koortsstuip heeft (gehad), bel dan de huisarts.
Een koortsstuip kan meerdere keren achter elkaar voorkomen, maar dat hoeft niet. Er zijn geen blijvende gevolgen van de stuip. De meeste kinderen die vaker een koortsstuip hebben gehad, groeien er overheen. Na de leeftijd van 5 jaar komt de koortsstuip meestal niet meer voor. Veel ouders zijn bang dat hun kind meer kans heeft op epilepsie, maar dat is niet zo.
Echtscheiding komt veel voor. Een op de drie (echt)paren besluit uit elkaar te gaan. Dit kan voor ouders en kinderen veel spanning en verdriet met zich meebrengen. Hieronder vind je 10 tips om je kind te helpen tijdens de scheiding.
Tip 1
Vertel eerlijk wat er aan de hand is. Kinderen willen een eerlijke uitleg, zonder dat één van de ouders de schuld krijgt van de scheiding.
Tip 2
Leg uit dat de scheiding niet de schuld van je kind(eren) is. De scheiding is een beslissing van de ouders. Het heeft niet met het gedrag van het kind te maken.
Tip 3
Luister met aandacht naar de vragen en zorgen van je kind. Probeer niet meteen oplossingen te verzinnen maar praat erover.
Tip 4
Laat je kind weten dat het goed is hoe het reageert op de scheiding. Geef je kind de ruimte om gevoelens te laten zien.
Tip 5
Vertel dat er veel kinderen zijn die hopen dat hun ouders weer bij elkaar komen maar dat dat bijna nooit gebeurt.
Tip 6
Stel je kind gerust. Een kind met één ouder voelt zich kwetsbaarder. Geef aan dat jij en je ex-partner goed voor hem of haar blijven zorgen.
Tip 7
Praat met je kind over andere kinderen van wie de ouders gescheiden zijn. Je kind voelt zich dan minder alleen.
Tip 8
Geef je kind de ruimte om van beide ouders te blijven houden. Zeg geen slechte dingen over de andere ouder. Gebruik je kind ook niet om dingen door te geven aan je ex-partner.
Tip 9
Zorg voor een goed ondersteunend netwerk voor jezelf. Je kind voelt zich dan niet verantwoordelijk om jou op te vangen.
Tip 10
Zoek een boek over echtscheiding dat past bij de leeftijd van je kind. Lees het boek samen en praat erover.
Nachtangst is iets anders dan een nachtmerrie. Bij nachtangst is je kind niet wakker, maar zit het wel rechtop met open ogen in bed. Het komt meestal voor bij kinderen tussen de 3 en 12 jaar. En het komt meestal rond hetzelfde tijdstip terug: een half uur tot 3 uur na het inslapen.
Als jouw kind last heeft van nachtangst, maak het dan niet wakker. Praten heeft ook geen zin. Het beste kan je je kind vasthouden totdat het weer rustig is. Daarna slapen ze vaak gewoon weer verder. De volgende ochtend weet je kind niet meer wat er is gebeurd.
Waarschijnlijk wordt nachtangst veroorzaakt door rijping van de hersenen. Spanning en slaaptekort kunnen nachtangst veroorzaken. Het helpt als je een vast tijdstip aanhoudt waarop jouw kind naar bed gaat. Rust en regelmaat overdag kunnen ook helpen.
Als je kind ouder wordt gaat nachtangst vanzelf over, je hoeft je geen zorgen te maken.
Pubers hebben soms vragen waarmee zij niet naar hun ouders willen. Maar als ouder vind jij het natuurlijk wel belangrijk dat jouw kind betrouwbare informatie krijgt! Jouw puber kan terecht bij JouwGGD. Via de chatfunctie kan je kind anoniem vragen stellen aan een jeugdverpleegkundige of jeugdarts.
Houd baby’s tot 1 jaar uit de directe zon.
Laat jouw kind niet in de zon op de heetste uren van de dag. Dit is tussen 12.00 en 15.00 uur.
Doe jouw peuter een hoedje of petje op en een (UV-werend) T-shirt aan.
Smeer jouw kind(eren) elke 2 uur in met zonnebrandmiddel (factor 30) die ook waterbestendig is.
Smeer jouw kind(eren) een half uur voordat je de zon in gaat, in. Gebruik aan het einde van de dag een hydraterende bodylotion of aftersun.
Pgb & vergoedingen
Een (her)indicatie voor pgb-hulp wordt voor maximaal 2 jaar afgegeven. Hierdoor is er een vast moment om met jou in contact te komen. We kijken dan samen naar hoe de hulp verloopt en hoe het met jouw kind gaat. Als er geen bijzonderheden zijn, is een herindicatie snel geregeld.
De zorg voor kinderen en jongeren met ernstige verstandelijke, lichamelijke of meervoudige beperkingen valt vanaf 2015 onder de Wet langdurige zorg (Wlz). Het gaat dan om kinderen die blijvend de hele dag intensieve zorg en toezicht dichtbij nodig hebben.
Het Trekkingsrecht is in 2015 ingevoerd. Het betekent dat de gemeente Den Haag jouw persoonsgebonden budget (pgb) stort op een rekening van de Sociale Verzekeringsbank (SVB). De SVB betaalt in opdracht van jou de hulpverlener uit. Het is daarom belangrijk dat je jouw overeenkomsten met hulpverleners opstuurt naar de SVB.
Voor jeugdhulp hoef je geen ouderbijdrage te betalen.
Het kan zijn dat de kosten van de hulpverlener hoger zijn dan de vergoeding die je vanuit de gemeente krijgt. Vraagt de zorgaanbieder meer dan wat de gemeente vergoedt? Dan betaal je zelf het verschil. Je wordt door de Sociale Verzekeringsbank (SVB) geïnformeerd over deze kosten.
Jeugdhulp
Als jouw kind jeugdhulp nodig heeft, wordt in overleg met jou bepaald welke hulp nodig is. Als de gemeente geen contract heeft met de gewenste zorgaanbieder, is er de mogelijkheid van een persoonsgebonden budget (pgb).
Voor jeugdhulp geldt in principe een leeftijdsgrens van 18 jaar. Jeugdhulp kan doorlopen tot 23 jaar. Je kan contact opnemen met het klantcontactcentrum als je hier vragen over hebt.
Ja. De ouder met gezag heeft de plicht om jou te informeren hoe het met jullie kind gaat. Doet hij of zij dat niet? Dan kan je ook zelf aan een professional vragen hoe het met jouw kind gaat. De professional kijkt wel altijd naar de belangen van het kind. De professional kan dan ook besluiten om geen informatie te geven. Het jeugdhulpdossier mag je alleen inzien als de ouder met gezag daarvoor toestemming geeft. Als jouw kind al 16 jaar of ouder is, dan moet het eerst toestemming geven voor inzage.
Kinderen met speciale behoeften
Dit is de behandeling van psychische problemen of psychiatrische aandoeningen bij kinderen en jongeren.
Sinds 2015 kan je je niet meer verzekeren voor Geestelijke Gezondheidszorg voor Jeugd (Jeugd-GGZ). Gemeenten zorgen voor de kwaliteit, toegang en beschikbaarheid van hulp aan kinderen en jongeren met psychische problemen of psychische aandoeningen.
Een klein deel van de Jeugd-GGZ blijft de zorgverzekeraar betalen, namelijk:
Behandeling van lichte psychische klachten door de huisarts en praktijkondersteuner GGZ.
Medicijnen tegen psychische aandoeningen voor jongeren die niet in een instelling zitten (medicijnen die je bij de apotheek kunt halen).
Er is sprake van enkelvoudige dyslexie als de problemen met lezen en spelling ernstig en hardnekkig zijn. Er moet geen sprake zijn van bijkomende stoornissen waardoor het onderzoek en de behandeling zijn belemmerd.
School is verantwoordelijk voor een goede ondersteuning en begeleiding van de leerling. Op school wordt ontdekt dat een leerling problemen heeft met taal of leren. Voor een kleine groep kinderen kan de basisschool geen goede ondersteuning bieden. Behandeling in de gezondheidszorg is dan noodzakelijk. Deze zorgt valt onder de Jeugdwet.
Dyslexiezorg wordt door de gemeente vergoed, als:
een vermoeden van ernstige dyslexie blijkt uit een compleet leerlingdossier
het kind 7 jaar of ouder is
de zorg begint voordat het kind 13 jaar is
het kind naar de basisschool gaat
er sprake is van enkelvoudige dyslexie, comorbiditeit is uitgesloten (bijvoorbeeld door behandelaar)
het protocol diagnostiek en behandeling uit 2006 van Blomert wordt gebruikt als leidraad door onderwijs en zorgaanbieder
als er een aanbieder voor zorg wordt ingezet die door de gemeente is ingekocht
Jongerenconsult
Door het Jongerenconsult weet jouw kind hoe gezond hij/zij leeft. Misschien vindt je kind het ook fijn om bepaalde zaken in vertrouwen te bespreken. Dat kan tijdens het consult.
Jouw kind krijgt automatisch een uitnodiging als het regulier voortgezet onderwijs volgt. Onze verpleegkundige vertelt op school meer over het consult.
Het Jongerenconsult bestaat uit het invullen van een digitale vragenlijst. Hierin wordt gevraagd naar de gezondheid van jouw kind. Ook kunnen we je kind wegen en meten. Na het invullen ontvangt je kind gezondheidstips, informatie en links naar betrouwbare websites. Eventuele problemen bespreken we. Ook kan je kind vragen stellen aan de arts of verpleegkundige.
Als ouder wil je je kind zo goed mogelijk helpen. Maar soms is het fijn voor een jongere als hij of zij een probleem kan bespreken met iemand anders. De arts of verpleegkundige van het CJG staat hiervoor klaar. Ook zijn dit dé personen die alles weten over gezondheid. Een vraag op dat gebied kunnen zij goed beantwoorden.
De antwoorden op de vragen zijn vertrouwelijk. De gegevens van jouw kind zijn voor niemand anders dan onze arts of verpleegkundige te zien. De jeugdgezondheidszorg verzamelt (anonieme) gegevens van de klas en alle scholen in het stadsdeel. Zo weten we of het nodig is om de klas en andere jongeren voor te lichten over bepaalde gezondheidsproblemen. We kunnen dan bijvoorbeeld extra aandacht geven aan onderwerpen zoals alcoholgebruik, blowen of pesten.
Mijn Kinddossier
Log in op Mijn Kinddossier met je DigiD of met jouw identiteitskaart. Heb je nog geen DigiD? Vraag dan een DigiD aan. Heb je een DigiD maar lukt het inloggen niet? Controleer dan of je inlogt met jouw gegevens, niet met die van jouw kind.
Heb je nog steeds problemen met inloggen? Krijg je bijvoorbeeld een foutmelding? Bel of mail ons dan. Een foutmelding kan ook veroorzaakt worden doordat je een oudere webbrowser gebruikt. Update jouw browserversie om in te kunnen loggen op Mijn Kinddossier.
Er kan ook een andere reden zijn waardoor je niet kan inloggen in Mijn Kinddossier:
Jouw kind krijgt geen zorg bij CJG Den Haag.
Jouw kind is net geboren. De jeugdverpleegkundige vertelt meer over Mijn Kinddossier bij het eerste bezoek.
Je bent net in Den Haag komen wonen. De jeugdverpleegkundige vertelt meer over Mijn Kinddossier tijdens het eerste bezoek.
Jouw kind is 12 jaar of ouder. Mijn Kinddossier is alleen beschikbaar voor een kind tussen de 0 en 12 jaar.
Je hebt als ouder of verzorger geen burgerservicenummer (BSN).
Jouw kind heeft geen burgerservicenummer (BSN).
Jij hebt niet het gezag over het kind.
Jij staat in het digitaal Kinddossier niet als gezaghebbende. In de Basisregistratie Personen (BRP) staat hoe het wettelijk gezag over het kind is geregeld. Wij nemen die registratie over.
Als de jeugdarts of jeugdverpleegkundige denkt dat de informatie uit Mijn Kinddossier het belang van het kind schaadt.
Als je nog niet aangemeld bent.
Staat jouw reden er niet tussen? Of denk je dat je gewoon toegang moet hebben? Bel of mail ons dan.
Je kan alleen in Mijn Kinddossier als ouder of verzorger. Om in te loggen heb je een DigiD-gebruikersnaam en wachtwoord nodig. Heb je nog geen DigiD? Vraag dan een DigiD aan. Heb je een DigiD maar lukt het inloggen niet? Controleer dan of je inlogt met jouw gegevens, niet met die van jouw kind.
Heb je nog steeds problemen met inloggen? Krijg je bijvoorbeeld een foutmelding? Bel of mail ons dan. Een foutmelding kan ook veroorzaakt worden doordat je een oudere webbrowser gebruikt. Update jouw browserversie om in te kunnen loggen op Mijn Kinddossier.
Er kan ook een andere reden zijn waardoor je niet kan inloggen in Mijn Kinddossier:
Jouw kind krijgt geen zorg bij CJG Den Haag.
Jouw kind is net geboren. De jeugdverpleegkundige vertelt meer over Mijn Kinddossier bij het eerste bezoek.
Je bent net in Den Haag komen wonen. De jeugdverpleegkundige vertelt meer over Mijn Kinddossier tijdens het eerste bezoek.
Jouw kind is 12 jaar of ouder. Mijn Kinddossier is alleen beschikbaar voor een kind tussen de 0 en 12 jaar.
Je hebt als ouder of verzorger geen burgerservicenummer (BSN).
Jouw kind heeft geen burgerservicenummer (BSN).
Jij staat in het digitaal Kinddossier niet als gezaghebbende. In de Basisregistratie Personen (BRP) staat hoe het wettelijk gezag over het kind is geregeld. Wij nemen die registratie over.
De jeugdarts of jeugdverpleegkundige denkt dat de informatie uit Mijn Kinddossier het belang van het kind schaadt.
Je bent nog niet aangemeld.
Staat jouw reden er niet tussen? Of denk je dat je wel toegang moet hebben? Bel of mail ons dan.
Mijn Kinddossier is alleen toegankelijk voor jou als ouder of verzorger. Dus niet voor andere zorgverleners. Om in te loggen heb je een persoonlijke DigiD-account nodig. Dit zorgt ervoor dat de gegevens van jouw kind op een goede manier beveiligd zijn.
Zijn er veranderingen in jouw gezin? En is het daardoor niet wenselijk dat de afspraken in Mijn Kinddossier te zien zijn? Bel of mail ons dan.
Dit kan verschillende oorzaken hebben:
Het kind is 12 jaar of ouder.
Het dossier van jouw kind is overgedragen aan een andere jeugdgezondheidsorganisatie. Bijvoorbeeld als je kind op school zit in een gemeente buiten Den Haag.
Het kind woont niet meer in Nederland.
Het kind staat niet meer ingeschreven bij de gemeente Den Haag.
In Mijn Kinddossier is plek voor 1 e-mailadres en 2 telefoonnummers. SMS-berichten worden maar naar 1 telefoon verzonden. Wel kan iedere ouder of verzorger zijn eigen inlog aanmaken. En dus zijn eigen telefoonnummer en e-mailadres doorgeven.
Mijn Kinddossier is actief voor kinderen tot 12 jaar.
Mijn Kinddossier is gekoppeld aan het digitale dossier van jouw kind. De toegang tot Mijn Kinddossier vervalt als je naar een regio verhuist waar de jeugdgezondheidsorganisatie geen gebruik maakt van Mijn Kinddossier. Of als er in die regio gebruik wordt gemaakt van een ander type Mijn Kinddossier.
Wij kunnen Mijn Kinddossier afschermen. Het is dan niet meer toegankelijk voor de gezaghebbende ouders of voogd. Afschermen kan gebeuren in de volgende situaties:
Als 1 van de ouders aan de jeugdarts of jeugdverpleegkundige van het kind vraagt om de ex-partner geen toegang meer te geven tot Mijn Kinddossier. Het CJG schermt Mijn Kinddossier dan af voor beide ouders.
Als de jeugdarts of jeugdverpleegkundige denkt dat de informatie uit Mijn Kinddossier het belang van het kind schaadt.
Als een ouder geen gezag heeft.
Ouders kunnen altijd vragen om Mijn Kinddossier weer open te stellen. Hiervoor moeten beide ouders toestemming geven. Dit kan via het formulier Verzoek tot heropenen Mijn Kinddossier. Het verzoek wordt beoordeeld door de jeugdarts en jeugdverpleegkundige.
Ben je pleegouder of voogd? En wil je toegang tot Mijn Kinddossier? Dan heb je een toestemmingsverklaring nodig. Deze verklaring moet door de pleegouder/voogd én de gezaghebbende ouder/voogd ondertekend worden.
Wil je liever een toestemmingsverklaring per post ontvangen? Bel of mail ons dan.
Mijn Kinddossier is alleen toegankelijk voor ouders die wettelijk gezag hebben over hun kind. Of een gezaghebbende voogd. Een ouder/voogd krijgt toegang tot Mijn Kinddossier wanneer:
een kind in de leeftijd van 0 tot 12 jaar zorg krijgt van CJG Den Haag;
het kind een burgerservicenummer (BSN) heeft;
de ouder een burgerservicenummer (BSN) heeft;
de ouder een DigiD heeft;
de ouder in het digitale kinddossier staat als gezaghebbend.
Hoe het wettelijk gezag over jouw kind is geregeld, staat in de Basisregistratie personen (BRP). Wij nemen die registratie over.
Inloggen is alleen mogelijk met DigiD. Dit is om de gegevens van jouw kind goed te beschermen. In de beveiligde omgeving staan gegevens uit het digitaal dossier van jouw kind. Onze medewerkers hebben geheimhoudingsplicht en delen geen gegevens zonder jouw toestemming. Wij vinden de privacy van jou en jouw kind belangrijk.
Wij zijn verplicht om ouders digitaal toegang te geven tot medische gegevens van hun kinderen tot 12 jaar. Inloggen in Mijn Kinddossier is alleen mogelijk met DigiD.
Mijn Kinddossier is op 10 juli 2020 gelanceerd. Op die datum zijn dossiers aangemeld van:
kinderen van 0 tot 10 jaar en 6 maanden met een actief dossier. Mijn Kinddossier is er voor kinderen tot 12 jaar. Maar we bieden geen actief consult aan aan kinderen tussen 10 jaar en 6 maanden en 12 jaar;
kinderen die een burgerservicenummer (BSN) hebben;
ouders die een burgerservicenummer (BSN) hebben.
Is je kind na 10 juli 2020 geboren? Dan vertelt de jeugdverpleegkundige meer over Mijn Kinddossier tijdens het eerste bezoek. Mijn Kinddossier wordt ook besproken als je kind in zorg komt bij de jeugdgezondheidszorg.
Wil je je kind aanmelden of afmelden voor Mijn Kinddossier? Bel of mail ons dan.
Wij voeren namens de gemeente Den Haag de Wet publieke gezondheid uit. Deze wet bepaalt dat ieder kind er recht op heeft dat ontwikkelingen in zijn gezondheidstoestand in de gaten worden gehouden. Maar ook dat er wordt gekeken naar wat helpt bij het verbeteren van de gezondheid. Of juist niet. De wetgever eist dat dit in een digitaal dossier wordt vastgelegd: het Digitaal Dossier Jeugdgezondheidzorg.
Digitaal dossier Wij zijn dus verplicht om een digitaal dossier bij te houden. Hiervoor maken we gebruik van de ICT-techniek en kennis van Topicus. Topicus is een betrouwbare en bekende ICT-partner in de zorg en werkt voor overheden. Topicus is geen ‘derde partij’, maar onderdeel van de totale zorgverlening door Centrum Jeugd & Gezin Den Haag. Zowel Centrum Jeugd & Gezin Den Haag als Topicus voldoen aan de veiligheidseisen van de Algemene verordening gegevensbescherming. Daarmee wordt jouw privacy optimaal beschermd. Lees ook over privacy op de pagina Jeugdgezondheidzorg.
Om het voor jou gemakkelijk te maken hebben wij met Topicus een ‘ouderportaal’ gecreëerd: Mijn Kinddossier. Met een DigiD hebben ouders en verzorgers direct toegang tot bepaalde onderdelen van het dossier van hun kind. Zoals de groeicurve en de status van vaccinaties. Uiteraard hoef je geen gebruik te maken van Mijn Kinddossier.
Nee, alleen vaccinaties die het CJG Den Haag heeft gegeven staan in Mijn Kinddossier. Heb je vragen over vaccinaties? Bel of mail ons dan.
Voor het openen van een folder heb je Adobe Acrobat Reader nodig. Download deze gratis. Kom je er dan nog niet uit? Bel of mail ons dan.
Mijn Kinddossier is alleen in het Nederlands beschikbaar.
In het ‘overzicht vaccinatieschema’ staan alle vaccinaties die een kind heeft gekregen. En welke het nog moet krijgen. Het kan zijn dat het overzicht met de nog te geven vaccinaties niet helemaal klopt. Dat komt doordat we in het verleden de vaccinaties niet digitaal vastlegden in het medisch dossier van de jeugdgezondheidszorg. Dat ging altijd via papieren kaarten die naar het RIVM werden verstuurd.
Het RIVM heeft van alle jeugdigen het actuele overzicht van de gegeven en nog te geven vaccinaties. De jeugdverpleegkundige en de jeugdarts gebruiken deze gegevens om het vaccinatieschema te bepalen. Je kind krijgt dus de juiste vaccinaties.
Moet je kind een vaccinatie krijgen? Dan ontvang je hiervoor een uitnodiging.